line-up
.
eric sleichim > concept, scenografie en regie
.
BL!NDMAN [sax]
koen maas > sopraan, tenor- en baritonsax
roeland vanhoorne > alt- en tenorsax
piet rebel > tenorsax
raf minten > baritonsax
BL!NDMAN [drums]
ruben cooman > percussie
tom de cock > percussie
yves goemaere > percussie
hannes nieuwlaet > percussie
BL!NDMAN [strings]
floris uytterhoeven > viool
pieter jansen > viool
ine kuypers > altviool
joyce kuipers > cello
BL!NDMAN [vox]
griet de geyter > sopraan
gunther vandeven > contratenor
kevin skelton > tenor
tiemo wang > bas-bariton
eric sleichim > e-gitaar
.
.
luc schaltin > lichtontwerp
hans peter kuhn > compositie en lichtconcept
bart bouckaert > repetitor
peter quasters > video
brecht beuselinck > realisatie kubus, stagemanager
karel marynissen > geluidstechnicus
KWADRATUR #3/CUBE is een BL!NDMAN-productie in coproductie met Concertgebouw Brugge, deSingel, Ars Musica / Kaaitheater. Met dank aan Muziektheater Transparant, Joost Fonteyne, Rik Beuselinck, Guy Danel en Tom Pauwels.
BL!NDMAN geniet de steun van de Administratie voor de Kunsten van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap en van de Vlaamse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk gewest. BL!NDMAN [sax] speelt op Selmer Paris saxofoons.
Deze website maakt gebruik van cookies omdat we jouw privacy willen behouden en het gebruik op deze website willen optimaliseren. Meer weten
KWADRATUR #3 / CUBE
Door de muziek uit het isolement van het podium te halen worden zowel de muziek zelf als het gebouw hergedefinieerd |
In Cube, het laatste deel van de Kwadratur-triptiek, vermengt klank zich met licht en architectuur. Muziek bespeelt bewust de perceptie van tijd en ruimte als een puur zintuiglijk gegeven. De toeschouwer legt een auditief parcours af en is beurtelings diegene die observeert en geobserveerd wordt. Het hele gebouw geeft zijn geheimen prijs en wordt in al zijn geledingen grondig hergedefinieerd.
audio
http://www.blindman.be/assets/sounds/Van_Parys_-Passagen_aphorisme_(extract).mp3 annelies van parys > passagen/aphorisme (fragment)
programma
javier alvarez > temazcal (percussie en electronics) (1984) (7’30”)
pierluigi billone > mani.mono (percussie) (2007) (8’30”)
benjamin britten> elegy (altviool) (1930) (6’)
john cage > aria (contratenor) (1959) (10’)
raphaël cendo > scratch data (percussie en electronics) (2002) (10’)
morton feldman > only (tenor) (1947) (3’)
daniele ghisi > comment pouvez vous lire à present? Il fait nuit (altsaxofoon en electronics) (2009) (11’)
gilles gobert > pièce pour violon et électronique (viool en electronics) (2004) (11’)
klaus huber > traumgesicht (bariton) (1971) (3’30”)
helmut lachenmann > pression (cello) (1969-70) (9’30”)
roderik de man > case history (percussie) (2002) (3’)
kaija saariaho > lonh (sopraan en electronics) (1996) (16’)
salvatore sciarrino > 6 caprices (nrs 2&5) (viool) (1976) (4’)
eric sleichim > angel (baritonsaxofoon en electronics) (2003) (12’)
georgia spiropoulos > saksti (tenorsaxofoon en electronics) (2001) (6’30”)
matt wright > ithaca blog (sopraansaxofoon en electronics) (2010) (7’30”)
iannis xenakis > hibiki hana ma (elektro-akoestisch) (1969-70) (4’18”)
hans peter kuhn > strijkkwartet (creatie) (strijkkwartet) (2011) (ca. 10’)
fabrizzio cassol > string quartet nr. 2 (creatie ars musica) (2012)
oscar bettison > o death – bone chapel (ensemble) (2007) (12’)
annelies van parys > passagen/aphorisme (creatie) (2011) (15’‘)
philip glass > music with changing parts (1970) (20’)
première > 6 januari 2012 > concertgebouw brugge
***
Jij roodgloeiend gevaarte dat opdoemt wanneer ik die Scoone binnenrijd.
Elke hoek van jou, elke kant, elke meander, trappen op, trappen af, fascineert, inspireert.
Je hoge gewelven geven lucht, geven licht, snakken naar klank.
Ik gedij te midden je flanken.
Eric Sleichim over het Concertgebouw in X, het kunstboek over 10 jaar Concertgebouw Brugge
***
interview met Eric Sleichim
De ‘kwadratuur van de cirkel’ is een eeuwenoud meetkundig vraagstuk waarbij de oude Grieken probeerden om met behulp van passer en liniaal een vierkant te construeren met precies dezelfde oppervlakte als een gegeven cirkel. Omwille van de irrationaliteit van het getal pi was dit meetkundig probleem onoplosbaar binnen de toenmalige beperkingen van de geometrie. Hetzelfde vraagstuk kan vertaald worden naar de driedimensionale vormen van de bol en de kubus, waarbij het volume van beide objecten gelijk is. Cirkel en vierkant – of bolvorm en kubus – zijn complete tegenovergestelden; de verbinding tussen beide staat tot op vandaag symbool voor een onbereikbaar doel. In Kwadratur #1/Globe (2008), Kwadratur #2/Transfo (2010) en Kwadratur #3/Cube (2012) is de aanwezigheid van deze beelden duidelijk. In 2008 domineerde een grote bol de scene als ware het een ballon gevuld met de lucht die de muzikanten van BL!NDMAN in de twintig voorgaande jaren door hun instrument hadden gejaagd. Dit eerste luik was dan ook vooral opgevat als een soort retrospectieve. De tweede Kwadratur symboliseerde de overgang of transformatie van de bol in de kubus die (letterlijk én figuurlijk) centraal staat in Kwadratur #3, de voltooiing van het drieluik. Ook de selectie van composities maakte een heuse transformatie door tussen 2008 en vandaag. Aanvankelijk nog sterk geënt op de zogeheten minimal music en op werken die voorheen bij BL!NDMAN de revue gepasseerd hadden, evolueerde het programma van de Kwadratur-triptiek naar een bijzonder actuele mengeling van composities, niet aan één esthetisch kader. Belangrijk is niet zozeer dat alle (in dit geval meer dan twintig!) composities een stilistische eenheid vormen, maar wel dat ze samen functioneren in een gecreëerde context. Hiermee komen we bij de essentie van Kwadratur #3/Cube, (en bij veralgemening van het hele BL!NDMAN-verhaal): het presenteren van muziek in een passende en vernieuwende context. Eric Sleichim gaat daarbij de dialoog met andere kunstvormen niet uit de weg. Naast de muziek spelen ook videokunst, plastische kunst en vooral lichtkunst een belangrijke rol. Het doel van Kwadratur #3 is de luisteraar uit zijn vertrouwde habitat (het traditionele concertritueel) te halen en hem of haar op die manier aan te zetten tot reflectie. Niet alleen wordt de relatie tussen publiek en uitvoerder ter discussie gesteld, ook de verhouding van de muziek ten opzichte van de ruimte waarin ze weerklinkt wordt onderwerp van Sleichims onderzoek. Het doel is zowel de muziek als het gebouw uit zijn vertrouwde positie te halen en alle componenten van het concertgebeuren op die manier te herdefiniëren. Concreet neemt Eric Sleichim de identiteit van het gebouw als uitgangspunt voor het hele gebeuren. Dit betekent ook dat elke verschillende uitvoering een compleet andere realisatie wordt. Het Concertgebouw heeft namelijk andere troeven dan deSingel, Muziekgebouw aan ‘t IJ of het Kaaitheater. Elke ruimte in een concerthuis heeft een bepaalde functie zoals onthaal, doorstroming (de gangen), zitruimte (de tribune), ontmoeting (de foyer), organisatie (de burelen), logistiek (technische ruimtes rond podia) en ruimtes voor de artiesten (loges). Door ook in niet- concertgerelateerde ruimtes muziek te laten weerklinken, verandert de verhouding tussen muziek, gebouw, uitvoerder en publiek volledig. De muziek wordt van haar sokkel gehaald en kan plots heel dicht bij het publiek worden gebracht, zoals het geval zal zijn met Pression van Helmut Lachenmann. De muzikanten kunnen opgesteld worden in de tribune, terwijl het publiek hen van op het podium overschouwt, zoals bij Music with Changing Parts van Philip Glass. Aria van John Cage wordt dan weer uitgevoerd in een lift waarvan de deuren op elke verdieping opengaan, waardoor er slechts flarden muziek de gang worden ingestuurd. Ook met de belichting wordt het gebouw geherdefinieerd. Westerse en oosterse ideeën rond licht (waarvoor Eric Sleichim de mosterd haalde bij het boek Lof der Schaduw van de Japanse Junichiro Tanizaki) worden vertaald in enerzijds helder, niets verhullend neonlicht en anderzijds heel schaars licht, dat onduidelijkheid en daardoor een zekere diepte creëert. De impact op het gebouw is duidelijk: onbeduidende plaatsen kunnen met behulp van helder licht ontsloten worden, terwijl schaars licht nieuwe verborgen hoekjes kan creëren. Het muzikale programma is heel duidelijk opgebouwd uit zestien solo’s voor elk van de muzikanten van de vier kwartetten die BL!NDMAN rijk is. Daarnaast zijn er nieuwe en bestaande composities voor kleinere en grotere ensembles. De centrale ruimte van het hele gebeuren is de zogenaamde ‘kubus-zaal’; in het geval van het Concertgebouw is dit het podium van de concertzaal (scène op scène). Wanneer er geen livemuziek wordt uitgevoerd, verspreiden acht luidsprekerkanalen het prachtige Hibiki hana ma, een elektro-akoestische compositie van Iannis Xenakis uit 1970. Ook worden er videobeelden geprojecteerd op de ribben van een gigantische kubus (denk terug aan de grote luchtballon in Kwadratur #1). Van de nieuw gecomponeerde werken maakt het strijkkwartet van Hans Peter Kuhn het meest duidelijk de verbinding tussen lichtkunst en muziek. Het basisidee is ontwapenend eenvoudig en tegelijk ijzersterk: één kleur wordt heel langzaam getransformeerd in een andere kleur, zonder dat de verandering waarneembaar is. Pas als begin- en eindkleur naast elkaar zouden
geplaatst worden, blijkt het grote verschil. Dit proces krijgt een muzikaal equivalent in een tergend langzame, tien minuten durende – en dus quasi onhoorbare – glissando in het hele strijkkwartet. Een ware beproeving voor de muzikanten, die uitzonderlijk veel beheersing en controle aan de dag moeten leggen om dit te realiseren. Annelies Van Parys, die in Vlaanderen inmiddels bekend staat als componist van kleurrijke, poëtische werken, tekende voor een compositie voor vier maal vier muzikanten: de volledige BL!NDMAN groep. Vanuit een solopartij voor saxofoon ontwikkelde ze de andere kwartetten. Haar grote orkestratietalent staat garant voor een perfecte balans tussen de ‘vier elementen’: sax, stem, strijkers en percussie.
In zijn globaliteit heeft Kwadratur #3/Cube eigenlijk meer gemeen met een museumbezoek dan met een traditioneel concert. Daarin verschilt deze derde vleugel ook van de eerdere twee Kwadraturen. De solistische composities worden grotendeels simultaan uitgevoerd op verschillende locaties, en de luisteraar kiest zelf hoe lang hij bij elk werk blijft stilstaan. Net zoals in een museum is het mogelijk om snel doorheen het programma te zappen, of om net heel lang bij één werk te blijven stilstaan om het volledig in zich op te nemen. De luisteraar maakt zijn eigen mix en kan daarvoor putten uit een bijzonder divers en rijk aanbod.
Klaas Coulembier (met dank aan Concertgebouw Brugge)
pers
“BL!NDMAN ontdoet hedendaagse muziek van haar heilige sérieux en neemt het
publiek mee op avontuur. […] In dit experiment zitten de vreemdste klanken je constant op de hielen. Je verlaat het gebouw met fris gewassen oren. Cube is een weldadige flow van korte stukjes, een degustatiemenu dat in een traditionele concertformule hoogst onverteerbaar zou zijn.” – Geert van der Speeten, deStandaard (10.02.2012)
“BL!NDMAN leads the Way” – Giorgio Valentino, The Bulletin (09.03.2012)
reacties van het publiek
“Ah, fabelachtig, waanzinnig, hoera!” Concertgebouw Brugge
"Did it !!! indeed ... and how !!! effenaf hoogstaand en schitterend ... sublieme slotperformance"
Concertgebouw Brugge
“Wat een prachtig en spannend concert” Muziekgebouw aan 't IJ
"Een prikkelende avond"
Muziekgebouw aan ‘t Ij
KWADRATUR #3 / CUBE speelde ondermeer op de volgende locaties:
- 2012
- BRUGGE - concertgebouw
- ANTWERPEN - deSingel
- AMSTERDAM (NL) - Muziekgebouw aan 't IJ
- BRUSSEL - Kaaitheater (Ars Musica)